Privacyverklaring

Belgische werknemer blijft bedrijfswagen verkiezen

10 september 2019
Tekst
Jo Cobbaut

De Belg blijft zeer gehecht aan zijn bedrijfswagen, zo blijkt uit een mobiliteitsstudie van Securex. 59% van de respondenten met een bedrijfswagen zou zelfs van werk veranderen mocht zijn werkgever géén wagens meer aanbieden.

Vooral werknemers jonger dan 50 zijn hiertoe bereid (66% versus 36%). Naast de liefde voor de bedrijfswagen heerst er een afkeer voor de alternatieven. Twee op de drie staan niet open voor het inruilen van hun wagen voor een kleinere wagen, samen met alternatieve vervoersmiddelen (fiets, step, abonnement, deelwagen…). Opvallend, er is geen verschil tussen mannen en vrouwen, noch in leeftijd noch naar woonplaats van de werknemers.

Flexibiliteit

Wat wel impact heeft op de cijfers, is de flexibiliteit die de werknemer al dan niet geniet in plaats en tijd naar en van het werk. Werknemers die kunnen kiezen wanneer ze werken (glijdende uren), overwegen meer (44% versus 23%) om hun bedrijfswagen in te ruilen voor een klein(er) model en die te combineren met alternatief vervoer als hun werkgever dat aanbiedt. Bij werknemers die kunnen kiezen waar ze werken (telewerk) is het verschil zelfs nog groter (45% versus 23%).

Hermina Van Coillie, HR research expert Securex, ziet dat vooral jongere werknemers veel belang hechten aan hun bedrijfswagen. "Zij hebben vaak kinderen en drukke levens, en het woon-werkverkeer maakt vaak een ommetje naar de winkel of de school." Wie meer flexibiliteit heeft in waar en wanneer ze werken, staat ook meer open om met meerdere vervoersmodi te experimenteren. Bedrijven die hun werknemers uit de wagen willen krijgen, kijken best naar het bredere plaatje en niet enkel naar hun mobiliteitsbeleid, zo concludeert Hermina Van Coillie

Alternatieven nog te weinig gekend

Uit het onderzoek blijkt voorts dat er nog marge is om de alternatieven beter bekend te maken.

  • Een op de vijf Belgische werknemers zegt niet op de hoogte te zijn van de mogelijkheden om de bedrijfswagen in te ruilen voor een alternatief.  
  • Slechts een kwart is wel op de hoogte én vindt de alternatieven interessant.
  • De overige 57% van alle respondenten kent de alternatieven, maar vindt ze niet interessant.

Vooral werknemers van bedrijven met minder dan tweehonderd werknemers zijn op de hoogte en vinden de alternatieven interessant.

Slechts 40% van de Belgische werknemers meent dat zijn werkgever nadenkt over alternatieve mogelijkheden voor de mobiliteit van zijn werknemers. Zes op de tien vindt dus van niet. Vooral werknemers uit grotere bedrijven en uit het Vlaams Gewest geven aan dat hun werkgever nadenkt over alternatieven (45%), gevolgd door werknemers uit het Brussels Gewest (37%) en het Waals Gewest (28%).

Iris Tolpe, director Business Consultancy Securex, weet dat de meerderheid van haar klanten mobiliteit hoog op de agenda plaatst in hun onderneming. "Vaak kennen werkgevers zelf nog onvoldoende de alternatieven op de markt. Het mobiliteitsbudget wint nu wel aan belang, en steeds meer werkgevers zijn bereid om in alternatieven te investeren.”

Mobiliteitsbudget

Een werknemer die afstand doet van de bedrijfswagen waarop hij recht heeft, kan een bedrag (het mobiliteitsbudget) krijgen dat kan worden besteed aan één of meerdere van de volgende pijlers:

  • een milieuvriendelijke bedrijfswagen. Dat is ofwel een elektrische wagen, ofwel een wagen die aan een aantal regels voldoet betreffende CO2-uitstoot, emissienormen, …
  • alternatieve en duurzame vervoersmodi. Dat zijn de fiets, openbaar vervoer, deeloplossingen,…
  • het saldo dat één keer per jaar in contanten wordt uitbetaald.

Woon-werkverkeer steeds belastender

De Belg ervaart woon-werkverkeer als lastig, vooral de Brusselse pendelaar (met een werkgever in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest). De helft (49%) van deze pendelaars vindt zijn woon-werkverkeer belastend. In Vlaanderen is dit 38% van de werknemers en in Wallonië 36%.

De afgelopen tien jaar stijgt de mate waarin de Belgische werknemers het woon-werkverkeer belastend vindt, heel sterk. Vooral bij de Vlaamse (+13%) en Brusselse (+11,2%) pendelaars is de toename het grootst. In Wallonië lijkt dit te stabiliseren (+1,4%).