Privacyverklaring

Burn-outmeting als aanloop naar maatregelen voor werkbaar werk

23 mei 2022
Tekst
Jo Cobbaut
Beeld
Foto door Nataliya Vaitkevich via Pexels

Ruim één op de tien werknemers en zelfstandige ondernemers signaleert burn-outklachten. Deze mensen zijn wel aan de slag, maar hebben het moeilijk om hun job goed te blijven uitvoeren en kunnen zich moeilijk concentreren buiten het werk.

Dat blijkt uit de driejaarlijkse Werkbaarheidsenquête van de SERV/Stichting Innovatie & Arbeid bij 13 160 werknemers en 2 882 zelfstandige ondernemers. Niet iedereen heeft evenveel last van burn-outsymptomen: er zijn uitgesproken verschillen naargelang geslacht, leeftijd, beroepsgroep en sector. Meer preventie moet deze mensen ondersteunen en ervoor zorgen dat ze niet effectief uitvallen. Het is dus niet toevallig dat de Vlaamse sociale partners voor een sterk luik rond werkbaar werk en duurzame inzetbaarheid pleiten in het Werkgelegenheidsakkoord Iedereen nodig, iedereen mee.

Steeds meer mensen met burn-outsymptomen

Op basis van de cijfers van de Vlaamse Werkbaarheidsmonitor 2019 rapporteert 13,6% van de werknemers en 12% van de zelfstandige ondernemers burn-outsymptomen. Dat komt overeen met ca. 320.000 werknemers en 44.000 zelfstandige ondernemers. De meting dateert van vóór de coronacrisis, maar alles wijst erop dat de problematiek van burn-out zich anno 2022 minstens even scherp stelt.

In de periode 2004-2019 is het aandeel werknemers met burn-outsymptomen toegenomen van 10,2% naar 13,6%. Het aandeel zelfstandige ondernemers met burn-outsymptomen is in de periode 2007-2013 gedaald van 13% naar 10,2%.

Alle sectoren getroffen, maar meer uitgesproken in zorg- en onderwijsfuncties

Burn-outsymptomen komen niet bij elke deelgroep op de arbeidsmarkt evenveel voor. Opvallend is dat de gezinssituatie weinig impact heeft op de gemeten burn-outsymtomen bij werknemers.

Dat is ook niet het geval voor opleidingsniveau en deeltijds of voltijds werken.

Vrouwelijke werknemers rapporteren meer burn-outsymptomen dan mannen (15,2% tegenover 11,7%) en er zijn ook verschillen naar leeftijd, beroepsgroep en sector.

Burn-outsymptomen komen het meest voor bij zorgmedewerkers (15,2%) en mensen die werken in het onderwijs (21,1%).

Bij zelfstandigen zijn vooral bij lager geschoolden en in bouw en horeca kwetsbaar

Het beeld bij zelfstandige ondernemers verschilt van dat bij werknemers. Bij zelfstandigen spelen gender, gezinssituatie of groeiverwachtingen niet.

Leeftijd wel; vooral de dertigers lijken last te hebben van burn-outsymptomen (16,6%).

Verder zien we hogere percentages bij laaggeschoolden (17%) en in de sectoren bouw (16,9%) en horeca (16,1%).

Duurzame inzetbaarheid

Werknemers met burn-outsymptomen zijn minder inzetbaar. Ze verdienen de nodige aandacht, want ze zijn regelmatiger en langduriger afwezig.

Bovendien overwegen ze vaker ander werk te zoeken en achten ze zich minder in staat om in de huidige job door te werken tot aan hun pensioen.

Dat laatste geldt ook voor zelfstandige ondernemers. Zelfstandige ondernemers met burn-outsymptomen zijn bovendien vaker ontevreden met hun keuze voor het ondernemerschap.

Om deze burn-outsymptomen tegen te gaan, is een beleid nodig dat zich richt op preventie en duurzame inzetbaarheid. Er zijn extra maatregelen nodig om te hoge werkdruk en emotionele belasting in te perken.

Andere factoren zijn

  • de rol van de direct leidinggevende,
  • voldoende autonomie en afwisseling,
  • geen te zware fysieke belasting en
  • niet steeds geconnecteerd zijn.

Voor de zelfstandige ondernemers werken wellicht ook deze factoren preventief:

  • adequate managementsopleidingen,
  • ondersteuning van sociale netwerken,
  • aandacht voor de fysieke belasting en
  • de afwisseling.

In het Werkgelegenheidsakkoord Iedereen nodig, iedereen mee[PDF] dat de Vlaamse sociale partners einde maart 2022 afsloten, stellen ze naast maatregelen om meer mensen aan het werk te krijgen, ook verschillende acties voor om mensen duurzaam aan het werk te houden.

De Vlaamse sociale partners hopen de komende weken daarover een VESOC-akkoord met de Vlaamse Regering af te sluiten. Zo komen o.a. bijkomende maatregelen voor duurzame inzetbaarheid en werkbaar werk in zicht.