Privacyverklaring

Edito: Geluk zit in de kleine dingen, ook werkgeluk

1 november 2019
Tekst
Jo Cobbaut

U vergeeft me de wat melige titel over geluk en kleine dingen. De formulering drong zich onweerstaanbaar op na lectuur over een kmo die de strijd wint om talent tegen grotere, bekendere bedrijven vlak in de buurt.

Hr-manager Jeroen De Bruyne schetst de uitdaging van Plastiek Van Wauwe kernachtig: een magazijnier bij ons moet vele taken aankunnen, terwijl die wat verder in de haven bij wijze van spreken alleen maar acht uur op de heftruck hoeft te zitten. Voor driehonderd euro per maand meer.

Plastiek Van Wauwe speelt in op de kleine dingen die allemaal samen zorgen voor een prima werknemerservaring. Een modewoord dat de hr-manager overigens niet gebruikt. Een bedrijfsboekhouder die medewerkers helpt bij het invullen van de belastingbrief. Een medewerker die een collega met zijn familie naar de luchthaven brengt. De hr-afdeling die leningen helpt herzien bij de bank. Allemaal kleine zaken die zorgen voor dé doorslaggevende factor: een goed gevoel.

Dat past in de trend die onze rondetafel (p. 32) ziet naar ‘werkgeluk’. “De inhoud van de job, de autonomie van de werknemer en de rol van de leidinggevende zijn vaak beslissende factoren”, zo luidt het bij de deelnemers aan de rondetafel. “Maar de werkgever is maar tot op bepaalde hoogte verantwoordelijk voor dat geluk. We mogen hen niet te veel pamperen.”

Die eigen verantwoordelijkheid stond ook centraal in Aaron Hursts voordracht deze maand in België (www.hrmagazine.be). De goeroe, die van de Purpose Economy een modewoord maakte, verwees naar onderzoek waaruit zou blijken dat mensen zich uiterst zelden vervuld voelen als ze dat gevoel niet ook op het werk hebben. Dat legt op het eerste gezicht een loodzware verantwoordelijkheid bij de werkgever. Maar dat is nadrukkelijk niet zo. Hurst gelooft namelijk niet dat er zoiets bestaat als een zinvolle job. Er bestaan wél omgevingen waarin mensen er in slagen om voor zichzelf zin te geven aan hun werk.

De verantwoordelijkheid van de werkgever is dus tegelijk belangrijk, maar beperkt zich tot het creëren van ruimte en tijd voor zelfreflectie. Instinctief voelen mensen ook wel dat ze zélf verantwoordelijk zijn voor een vervullend leven. Laat mensen spontaan en regelmatig met hun collega’s bespreken hoe het met hen gaat, hoe het lukt… Dat helpt hen dat werk psychologisch te verwerken.

Dat schept meteen ook ruimte voor de klassieke factoren die mensen een goed gevoel geven op het werk. Het gevoel dat ze bijdragen tot het geheel, het gevoel dat hun bijdrage een impact maakt voor iemand in hun omgeving en het gevoel dat ze groeien. Paradoxaal genoeg is dat de beste basis voor succes in de job.

Wie KPI’s wil, moet er dus vooral geen invoeren rond productiviteit, stiptheid of omzet. Bedrijven verzinnen er best rond de werksfeer en het welbevinden. Zo komt u dan toch uit bij de ‘harde’ resutaten die u natuurlijk ook wil zien. Benieuwd naar uw meningen.