Privacyverklaring
Yves Magnan, Geert Pauwels Yves Magnan, Geert Pauwels
Tekst
Gert Verlinden
Beeld
Jan Locus

VDAB, Actiris en Le Forem: “Werkgevers, test ons!”

25 juni 2024
De taalgrens is ook een psychologische grens. Er is sensibilisering en marketing nodig om mensen aan te moedigen de grens over te steken
HRmagazine en zijn Franstalige partner Htag by Références brengen de drie regisseurs van de arbeidsmarkt rond de tafel. De drie arbeidsbemiddelaars van dit land tonen de ambitie om de jobmobiliteit tussen de gewesten te versterken. “De interregionale jobmobiliteit is al een realiteit.” Vijf obstakels staan voorlopig in de weg van een versnelling.

HRmagazine en Htag by Références brengen de drie regisseurs van de arbeidsmarkt rond de tafel. De drie arbeidsbemiddelaars van dit land tonen de ambitie om de jobmobiliteit tussen de gewesten te versterken. “De interregionale jobmobiliteit is al een realiteit.” Vijf obstakels staan voorlopig in de weg van een versnelling.

Er pendelen niet alleen Vlamingen naar Brussel, 56.000 Brusselaars maken dagelijks de omgekeerde beweging van het Brusselse Gewest richting Vlaanderen. “Dat aantal willen we jaarlijks met minimum 2.000 personen opkrikken”, formuleert Caroline Mancel, adjunct-directeur-generaal bij de Brusselse arbeidsbemiddelingsdienst Actiris.

Ze ziet vier obstakels om meer werkzoekenden uit Brussel te laten werken in Vlaanderen:

1. De taalbarrière. Er zijn niet alleen Franstaligen die onvoldoende Nederlands spreken. Maar liefst een op de zes Brusselse werkzoekenden spreekt Frans noch Nederlands.

2. De mobiliteitsbarrière. De bereikbaarheid van ondernemingen met vacatures laat te wensen over. Er zitten gaten in het net dat het openbaar vervoer dekt: niet alleen de locatie, maar ook de uurregeling. Dat is een beletsel voor ploegenarbeid. Veel Brusselaars hebben wagen noch rijbewijs.

3. De competentiekloof. Vlaanderen vraagt relatief veel kortgeschoolde profielen. Brussel wil eerder hooggeschoolde jobs invullen. De kortgeschoolde profielen die werkzoekend zijn, komen vaak uit Brussel. Zo ontstaat een mismatch. Daarnaast wonen in Brussel veel mensen met een niet-erkend buitenlands diploma.

4. Veel Vlaamse werkgevers denken nog niet in voldoende mate aan Actiris en Le Forem om hen te helpen bij de invulling van vacatures.

Taalgrens is psychologische grens

De Waalse tegenhanger Le Forem publiceert alle vacatures uit Brussel en Vlaanderen en moedigt werkzoekenden aan om de taal- en gewestgrenzen over te steken. Yves Magnan, algemeen directeur producten en diensten van de Waalse arbeidsbemiddelaar Le Forem, erkent de mobiliteitsproblematiek.

“Er wonen in Wallonië veel mensen die geen rijbewijs hebben noch beschikken over een wagen. Ik stel vast dat sommige jongeren ervoor opteren om zonder wagen door het leven te gaan. Dat mag uiteraard, maar we moeten hen sensibiliseren dat een rijbewijs een nuttige competentie is om bij sommige werkgevers aan de slag te gaan. Ze besturen er bijvoorbeeld een bestelwagen. We ondersteunen via rijbewijscheques mensen om hun rijbewijs te behalen. Daarnaast adviseer ik werkgevers om mobiliteitsoplossingen in te richten, zoals een georganiseerde carpool of de organisatie van collectief vervoer. Tot slot is het misschien opportuun dat werkgevers zich naar de werkzoekenden bewegen en een filiaal openen in Wallonië.”

Yves Magnan stipt aan dat werkgevers de taalvereisten soms op een te ambitieus niveau leggen in verhouding tot de reële jobvereisten. Zo ontstaat de taalbarrière. “Vaak volstaat de professionele taalterminologie, zonder dat een breed vocabularium noodzakelijk is. We ontwikkelden een app die anderstalige personen helpt bij situationele woordenschat, bijvoorbeeld in de schoonmaaksector.”

Hij wijst ook op het effect van de officiële taalgrens. “De taalgrens is ook een psychologische grens. Er is sensibilisering en marketing nodig om mensen aan te moedigen de grens over te steken. Momenteel schrikt de taalgrens mensen nog te veel af. Kijk naar het voorbeeld van Frankrijk en de Verenigde Staten: mensen zijn er niet te beroerd om in functie van werk naar een andere regio te trekken.”

Caroline Mancel wijst ook op technologie als een hulpmiddel. “Telewerk kan interregionale jobmobiliteit faciliteren.” Ooit was er een periode met veel jobmobiliteit van het noorden naar het zuiden van het land, voegt Geert Pauwels (VDAB Brussel) toe. “Kijk maar naar de talrijke Vlaams klinkende familienamen in Wallonië.”

De vijfde drempel

Naast de vier bovenstaande drempels wil Geert Pauwels een vijfde drempel belichten, namelijk de mentale drempel. Er bestaan nog te veel vooroordelen: bij Walen en Brusselaars, maar ook bij Vlaamse werkgevers.

“Een voorbeeld? Een Vlaamse werkgever die bij voorbaat denkt dat het profiel van een Waalse werkzoekende niet overeenkomt met de vacature. Aan die mentaliteit moeten we met prioriteit werken. Wanneer een werkgever een vacature post en onze ondersteuning vraagt, dan verifiëren we meteen het gewenste taalniveau. We bevragen het bedrijf kritisch om het gewenste taalniveau correct in te schatten voor de taalcompetenties.”

Hij vertelt dat de drie arbeidsbemiddelaars gezamenlijke campagnes opzetten om de geografische afstanden in realistische proporties te plaatsen. “Een bus van het centrum van Brussel naar de luchthaven van Zaventem doet er maar een twintigtal minuten over.” De campagnes richten zich overigens ook naar werkgevers om hen te sensibiliseren in zee te gaan met werkzoekenden uit een ander gewest.”

Caroline Mancel vult aan: “Zowel de geografische afstand als de taal vormen een psychologische drempel voor werkzoekenden. We bieden taalopleidingen aan en stimuleren het effectieve gebruik van mobiliteitsapps. Dat verkleint letterlijk de afstand om open te staan voor vacatures in het Vlaamse Gewest.”

Ze is optimistisch ingesteld en illustreert met goed lopende initiatieven zoals de jobdag op de nationale luchthaven. Daar bezochten vijfduizend geïnteresseerden, waarvan 62 procent Brusselaars, de stands met vacatures. “Actiris levert maatwerk af voor grote bedrijven als Cap Gemini waarvoor ze IT- testers opleiden. Wij staan ten dienste van hr en bieden een gratis en kwalitatieve dienst aan om vacatures te helpen invullen. Ik wil oproepen om aan ons te denken, meer zelfs, ik nodig werkgevers uit om onze dienstverlening te testen.”

Yves Magnan wijst het belang van dergelijke opleidingen op maat aan. “Wij als arbeidsbemiddelaar selecteren de geschikte profielen om een beroepsopleiding te starten, bijvoorbeeld om slager te worden. Wanneer een deelnemer slaagt op het einde van het leertraject, ontvangt die een beroepscertificatie en ligt de weg naar een job open.”

Vergrijzing en verjonging

De lopende campagnes zijn succesvol. Geert Pauwels: “In de Vlaamse rand rond Brussel werken al een hoog aandeel Brusselaars. In gemeenten als Machelen, Vilvoorde, Asse en Halle is een significant deel van de werknemers afkomstig uit het Brusselse Gewest. De interregionale jobmobiliteit is vandaag al een aantoonbaar feit. Wist je dat twaalf procent van de inwoners van Sint-Jans-Molenbeek in Vlaanderen werkt? Dat geldt ook voor Schaarbeek en Anderlecht, gemeenten uit de zogenaamde arme sikkel, de verzamelnaam van de armste wijken van Brussel.

Caroline Mancel wijst bovendien op het aanwezige potentieel. “Er staan duizenden jobs open in Vlaams-Brabant. Tegelijk vergrijst de Vlaamse bevolking. De vervangingsgraad is hoog. De komende vijf jaar gaan bijna 400.000 werkende Vlamingen met pensioen. In diezelfde periode in Brussel zijn er dat maar 50.000. De jongere Brusselse bevolking is een oplossing om Vlaamse vacatures in te vullen.”

Hoe kunnen we de interregionale jobmobiliteit versnellen en versterken? Er zijn de bovenstaande vijf obstakels, maar er is geen gebrek aan middelen. Geert Pauwels: “We beschikken over voldoende capaciteit om mensen taalopleidingen te geven. Momenteel is er zelfs sprake van onderbenutting. We stellen vast dat de dienstverleningssystemen van VDAB werken. Zestig procent van de Brusselaars die een job vinden in Vlaanderen, doen dat zelfstandig via de zelfbedieningstools zonder actieve tussenkomst.”

Demystifieer de nieuwe generatie werknemers

Yves Magnan sluit zich daarbij aan. “Er zijn budgetten voor opleidingen zoals het behalen van het rijbewijs. We laten meer werkzoekenden op gesprek komen om hen te begeleiden. Daarnaast stipt hij de evolutie in werkbeleving aan bij een nieuwe generatie werknemers. Ze hechten meer belang aan waarden zoals zingeving, duurzaamheid en de balans tussen werk en privé. Het is aan werkgevers om een aantrekkelijk verhaal te creëren voor die kandidaten, zonder in greenwashing te vervallen. Het is onze opdracht om te demystifiëren, om werkgevers te helpen om met die nieuwe verwachtingen van werkzoekenden om te gaan. In de bouwsector sensibiliseren we bijvoorbeeld om flexibeler om te springen met de vooraf vastgestelde periodes van bouwverlof.”

Caroline Mancel ziet een rol voor de werkgever in de vermindering van het aantal knelpuntvacatures. “Kijk naar de arbeidsvoorwaarden voor sommige van die knelpuntjobs: het gaat vaak over ploegenarbeid, waar de taalvereisten te ambitieus zijn, de werkplek moeilijk bereikbaar is en mensen vaak met uitzendcontracten werken. Het is niet aanmoedigend om een wagen te kopen als je maar over een weekcontract beschikt.”

Daar is Geert Pauwels het niet helemaal mee eens. “In Vlaanderen is een uitzendcontract vaak een opstap naar een vast contract. Ik ben me ervan bewust dat dag- en weekcontracten niet aantrekkelijk zijn, maar interimwerk geldt geregeld als een kennismaking op weg naar een vaste job.”

Hij wijst ook op de opportuniteit om drempels weg te werken. “Het is onze rol om mensen te activeren. Een taal aanleren is geen vrije keuze meer wanneer de taalbarrière nog het enige obstakel is naar een job. Dat is ook zo voor de mobiliteitsdrempel: waarom de fiets niet overwegen wanneer openbaar vervoer onvoldoende aansluiting biedt? In Vlaanderen is de fiets ingeburgerd, in Brussel vooralsnog onvoldoende.”

Arbeidsmigratie

Hoe staan de drie arbeidsbemiddelaars ten opzichte van arbeidsmigratie uit het buitenland? Voor Geert Pauwels is het een delicate evenwichtsoefening. “Arbeidsmigratie kan aanvullend zijn. We hebben nood aan betrouwbare partners in het buitenland. En er kan geen sprake zijn van kannibalisatie door elders profielen weg te halen als er in het land van oorsprong al een tekort is.”

Yves Magnan: “Ook in Wallonië is er een vraag naar arbeidsmigratie, onder andere van verplegend personeel. De erkenning van een buitenlands diploma en -ervaring vraagt veel tijd. We trachten reële competenties te objectiveren zodat iemand een officiële titel kan bekomen. Daarnaast organiseren we zeer gefocust specifieke acties: Le Forem organiseerde een jobdag in Marokko. Waalse ondernemingen moesten zich ter plaatse begeven en een gepaste rekruteringsstrategie hebben. Dat houdt ook de dekking van kosten voor transport en huisvesting in.”

Actiris zet geen initiatieven rond arbeidsmigratie op. Caroline Mancel: “We concentreren ons op eigen werkzoekenden die we willen opleiden en herscholen, maar we doen wel mee aan intra-Europese matching van vacatures. We delen onze jobs en faciliteren Brusselaars die in het buitenland willen werken, bijvoorbeeld in de toeristische sector.”

Caroline Mancel: ‘De jongere Brusselse bevolking is een oplossing om Vlaamse vacatures in te vullen’

Geert Pauwels: ‘Ooit was er een periode met veel jobmobiliteit van het noorden naar het zuiden van het land’

Yves Magnan: ‘De taalgrens is ook een psychologische grens. Er is sensibilisering en marketing nodig om mensen aan te moedigen de grens over te steken’

Caroline Mancel (Actiris), Yves Magnan (Le Forem), Geert Pauwels (VDAB Brussel) Vlnr: Caroline Mancel (Actiris), Yves Magnan (Le Forem), Geert Pauwels (VDAB Brussel)