Privacyverklaring
Razia Arefi Razia Arefi, Jobcoach en lid financieel team Accent
Tekst
Melanie De Vrieze
Beeld
Juan Wyns

‘Nooit gedacht dat ik mensen zoals mezelf kansen zou geven’

15 juni 2023
De taalopleiding en de uitleg over de job gaf ons vertrouwen. Dat is belangrijk wanneer je een baan in een nieuw land hebt
De Afghaanse vluchtelinge Razia Arefi is sinds begin november aan de slag als jobcoach bij Accent. Na amper drie maanden maakt ze al deel uit van het financeteam. “Dat is de opzet van ons Origami-project”, zegt ceo Anouk Lagae, “mensen uit kansarmere groepen mogelijkheden geven om zich verder te ontplooien.”

De Afghaanse vluchtelinge Razia Arefi is sinds begin november aan de slag als jobcoach bij Accent. Na amper drie maanden maakt ze al deel uit van het financeteam. “Dat is de opzet van ons Origami-project”, zegt ceo Anouk Lagae, “mensen uit kansarmere groepen mogelijkheden geven om zich verder te ontplooien.”

Wat houdt het Origami-project precies in?
Anouk Lagae:
“Ons moederbedrijf House of HR lanceerde het Origami-project voor gevluchte Afghaanse vrouwen, vanuit de overtuiging dat we vrouwen alle kansen moeten geven. De naam verwijst naar de vlucht die de vrouwen ondernomen hebben, maar ook de hoop om zich te ontplooien tot ondernemende vrouwen die in onze samenleving participeren. Toen we vorig jaar zagen dat Afghaanse vrouwen niet meer konden studeren en niet meer veilig waren in hun land, zijn we op de kar gesprongen. We sloten een partnerschap met JobRoad, onze eigen netwerkorganisatie die mensen met een langere afstand tot de arbeidsmarkt aan een job helpt. Zij screenden vijf vrouwen die in aanmerking kwamen voor het Origami-traject. Een eerste stap was vier maanden een intensieve taalopleiding volgen bij het Business Language Communication Center (BLCC). Daarna was het aan ons om die vrouwen, met elk hun eigen bagage en achtergrond, te verwelkomen en van nul op te leiden. Het zijn competente vrouwen, maar ze hebben nog nooit in de uitzendsector gewerkt. Ze startten in november in Accent-kantoren in Roeselare, Kortrijk en Hasselt. Van de vijf dames zijn er vandaag nog drie actief. Vaak praten we over inclusie en kansen krijgen. Met het Origami-project willen we zelf het goede voorbeeld geven en ervoor zorgen dat die vrouwen betekenisvol bezig zijn en het verschil maken door de dromen van andere mensen te realiseren. Razia is daar een voorbeeld van.”

Wat is uw achtergrond?
Razia Arefi:
“Ik heb aan de universiteit van Afghanistan mijn bachelor in economie behaald. Mijn eerste jaar MBA kon ik niet afmaken omdat de taliban aan de macht kwamen. Ik startte mijn loopbaan in 2007 en werkte onder meer voor de Belgische organisatie Moeders voor Vrede. Die ngo heeft verschillende projecten lopen voor de emancipatie van vrouwen, vooral op het platteland. We willen hen middelen geven zodat ze op eigen benen kunnen staan, ook wanneer de ngo’s Afghanistan zouden verlaten. Als vrouwenrechtenactiviste nam ik ook deel aan vergaderingen met diverse ministeries en de first lady. Ik was ook een van de twaalf vrouwen die de gemeente Kabul als adjunct-directeur aanstelde in een toch wel mannelijke omgeving. Hierdoor kon ik voor het eerst een vrouw aanwijzen als vertegenwoordiger van de dorpen. Ik werkte ook een jaar bij het ministerie van Economie als financieel specialist. Het was mijn taak om een fonds voor ontwikkelingsprojecten in 34 provincies in Afghanistan te controleren en daarvan een verslag te maken.”

Vertrokken met één koffer

Waarom bent u uit Afghanistan gevlucht?
Razia Arefi:
“Toen de taliban in augustus 2021 aan de macht kwamen, was het niet meer veilig en moest ik het land verlaten. Omdat we voor een Belgische organisatie werkten, kwamen we hier terecht. Die reis was niet gepland. Ik heb de deur achter mij dichtgetrokken en ben met maar één koffer vertrokken, samen met een groep van ongeveer 49 mensen. Omdat ik me niet kon voorstellen dat ik thuis niks zou doen, ben ik beginnen solliciteren. Ik kreeg alleen maar aanbiedingen als poetshulp, omdat ik de taal niet sprak. Dat was een schok voor mij en bezorgde me veel stress. Had ik dan voor niets gestudeerd en gewerkt? Ik was zelfs kandidaat voor het parlement in Afghanistan. Mijn collega bij Moeders voor Vrede raadde me aan om werk te vinden via uitzendkantoren. Zo kwam ik in contact met het Origami-project van Accent, dat de mogelijkheid gaf om na een opleiding aan de slag te gaan als jobcoach. We kregen in juli en augustus de taalopleiding, de twee daaropvolgende maanden kregen we uitleg over de werking van Accent en wat de taken van een jobcoach zouden inhouden. Begin november ging ik aan de slag.”

Wat houdt de functie van jobcoach in?
Razia Arefi: “
Ik bel met de kandidaten, die werk zoeken via verschillende instroomkanalen, zoals VDAB, onze eigen website en sociale media. Ik focus vooral op mensen die in onze regio wonen en op zoek zijn naar een functie in een industriële of productieomgeving. Ik doe de screening en stel vragen. Eens ik alle informatie heb, stuur ik een voorstel naar de klanten om hen te overtuigen van de kandidaten.”

Had u ooit gedacht dat u hr-consultant zou worden?
Razia Arefi: “
Met mijn achtergrond in economie, ben ik vertrouwd met opleidingen, bedrijfsbeheer, projectleiding en projectmanagement. In Afghanistan leidde ik als algemeen directeur hr- en financiële afdelingen. Ik vermoedde wel dat ik in een van deze twee domeinen zou werken, maar ik had nooit gedacht dat ik mensen zoals mezelf kansen zou geven. Ze hebben hun thuisland verlaten en zijn op zoek naar een toekomst. Via dit programma helpen we hen, vooral degenen die, zoals ik, de taal niet spreken. Wat uniek is aan Accent is dat ze de noden van de markt kennen en echt naar de mensen luisteren. Accent is een commercieel bedrijf, maar het gaat niet alleen om geld.”

Pionier

Anouk Lagae: “Accent heeft zo’n 65 Foreign-kantoren - een vijfde van ons totale aantal kantoren - die bemand worden door mensen met een internatioale achtergrond. Zij begrijpen de kandidaten des te beter en helpen met de vraagstukken waarmee ze worstelen. Velen beseffen niet dat Accent zoveel investeert om die mensen aan een job te helpen. We doen dit al vijftien jaar en zijn daarin pionier.”

Welke voorwaarden zijn noodzakelijk om echt te kunnen praten over diversiteit en inclusie op het werk?
Anouk Lagae:
“Het begint met zelf het goede voorbeeld te geven. Diversiteit is op zich niet zo moeilijk. Je zorgt voor een evenwicht tussen mannen en vrouwen, tussen ouderen en jongeren. We werken met meer dan twintig verschillende nationaliteiten. Tien procent van onze eigen medewerkers heeft een niet-Belgische achtergrond. Daar ben ik trots op, want het is meer dan in het gemiddelde Belgische of internationale bedrijf. Los van nationaliteit of gender vind ik diversity of thought het belangrijkste, namelijk vanuit diverse perspectieven naar dezelfde opportuniteiten kijken. De echte uitdaging ligt in de inclusie: wat doe je zodat iedereen zich goed en geintegreerd voelt op het werk? Het gaat vooral over respect hebben voor elkaar om wie je bent. ‘Be a Friend’ is een van onze waarden. Voor de klanten betekent dit dat we oprecht luisteren, voor de kandidaten dat we verder kijken dan het cv en de motivatiebrief en voor de collega’s dat we het goede in elkaar proberen te zien. Dat zit echt in ons DNA. En daar waken we over en durven we ook af te bakenen. Als we gedrag zien dat niet strookt met onze waarden, wijzen we daarop en durven we streng te zijn. Ook al betekent het dat we afscheid van bepaalde medewerkers moeten nemen, we doen dat altijd respectvol.”

Hoe heeft Accent ervoor gezorgd dat u en uw collega's zich thuis voelden op het werk?Razia Arefi: “Vanaf de eerste dag kregen we steun en hulp. De taalopleiding en de uitleg over de job als consulent was een ondersteunend programma dat ons vertrouwen gaf. Dat is belangrijk wanneer je een baan in een nieuw land hebt. Op kantoor bellen ze ons ook regelmatig en vragen hoe het met ons gaat, of we gelukkig zijn, of we ergens problemen zien. Voor mij was het bijvoorbeeld belangrijk om de fabrieken van de klanten te bezoeken om te zien hoe alles functioneert. In Afghanistan hebben we veel van die machines niet, waardoor het voor mij soms moeilijk was om in te schatten wat een bepaalde functie inhield. Alleen maar surfen op de website van die bedrijven volstond niet. Daarnaast hebben we kans om door te groeien. Vandaag was mijn eerste dag op de finance-afdeling, waar ik de facturen zal controleren.”

Anouk Lagae: “Dat wist ik nog niet. Wat een fantastisch nieuws. Razia volgde de opleiding van jobcoach, maar we geven haar ook kansen – ook al is ze taal nog niet helemaal machtig - omdat het haar droom is om in het financeteam aan de slag te gaan. We hadden verwacht dat ze tegen de zomer deze stap zou kunnen zetten, maar het doet me zoveel plezier om te zien dat ze nu al deel uitmaakt van het financeteam.

Werkplezier

Razia Arefi: “Dat ik vandaag op de finance-afdeling begin, is een bewijs dat ze naar ons luisteren zoals onze interne waarde ‘Be a Friend’ luidt. Ze weten dat ik op termijn een andere richting wil inslaan en zien die mogelijkheden. ‘Stay Gutsy’ is een andere waarde. We krijgen ruimte om te ondernemen en te leren uit onze fouten. Ze geven tools om ons werk beter en efficiënter te doen, maar het gaat niet alleen om werk. Er is ook veel plezier.”

Anouk Lagae: “Dat klopt. Door de sales targets is het niet gemakkelijk om jobcoach te zijn. Het is hard werk. We doen aan topsport. Tegelijk zijn we ook zorgend. Die mix is redelijk bijzonder. Intussen werk ik hier bijna drie jaar en soms ben ik zelf nog verrast. We zijn veeleisend en leggen de lat hoog, maar we helpen elkaar onbaatzuchtig. Werkplezier is een onderwerp waar wij veel belang aan hechten. Werk biedt je de kans om te groeien, de kans op plezier, de kans op inclusie.”

Welke obstakels kom je vooral tegen?
Razia Arefi: “
De taal. Als jobcoach is communicatie het belangrijkste instrument. Je moet de woordenschat en het vertrouwen hebben om de klant te overtuigen van de kandidaten. Je moet aantonen dat ze gemotiveerd zijn en bereid om te werken en te leren, ook al hebben ze geen lange werkervaring. Ook goed begrijpen wat de functies inhouden, is een uitdaging. Ik ben niet zoals de andere collega's die onmiddellijk weten welke vragen ze moeten stellen als ze een bepaalde functie voor ogen krijgen. Gelukkig hebben we profielgidsen en cursussen die we kunnen doornemen.”

Maatschappelijke rol

Zijn jullie van plan om nog meer Afghaanse vrouwen via het Origami-project aan het werk te stellen?
Anouk Lagae:
“We zullen eerst evalueren wat goed gewerkt heeft. Het kan nog altijd beter. We zijn altijd streng voor onszelf. Het is nog te vroeg om ons daarover uit te spreken. Vorig jaar waren het Afghaanse vrouwen, volgend jaar kan dat een nieuwe doelgroep zijn. Als er zaken gebeuren die ons raken, willen we onze maatschappelijke rol vervullen en mensen aan een job helpen. Toen de oorlog uitbrak, hebben we met het marketingteam in twee of drie dagen een hele structuur en website gemaakt om Oekraïense vluchtelingen gemakkelijk in contact te brengen met Belgische werkgevers. Onze eigen medewerkers die Oekraïens of Russisch spreken, gingen in de opvangcentra als vertaler aan de slag. Ze konden toen even niet werken voor Accent, maar dat was onze investering om op menselijk vlak te helpen. We steunen actief of proactief kansarmere groepen die niet tot hun volle potentieel komen. Dat zullen we altijd blijven doen, zeker ook als het over vrouwen gaat. Dat zit in het DNA van ons bedrijf. Het geven van kansen aan vrouwen is gestart met de filosofie van Philip Cracco en Conny Vandendriessche, die zelf ook haar kansen gecreëerd heeft.”

Accent vindt voorafgaande skills minder belangrijk, kandidaten moeten vooral on the job leren.
Anouk Lagae: “
Dat ligt aan de basis van onze missie: ‘We will embrace every talent and spark joy in their lives’. Wij geloven dat elk talent tot zijn recht kan en mag komen. Werk moet echt plezier zijn. Als het een last of een corvee is, dan zit je niet op de juiste plaats. Dan moet je van manager, departement of bedrijf veranderen. Werk moet plezier geven. Wij overtuigen ook onze klanten van hire the will, train the skill. Maak dat de wil juist zit en dat ze in de cultuur passen, maar leid ze op, investeer er zelf in en geef hen vleugels. Om dit geloofwaardig te maken, hebben we ons eigen rekruteringsproces aangepast door het cv en de motivatiebrief radicaal af te schaffen. Die innovatie gaat een stap verder dan wat we voor onze eigen klanten doen, namelijk open-minded hiring (onder meer via anonieme cv’s, red.). Op onze website vragen we alleen de initialen, het gsm-nummer en het e-mailadres van de kandidaten. We vragen wel om een cultuurpassendheidstest te doen. Voor velen is de job van jobcoach toch anders dan ze zich voorgesteld hadden. Op die manier stemmen we beide partijen nog beter op elkaar af. Kandidaten weten waar ze aan beginnen en omgekeerd weten we ook dat ze bij onze cultuur passen. Als ze in die test slagen, nodigen we hen uit, zonder een idee te hebben van hun achtergrond. Zo krijgen we een gediversifieerde instroom van kandidaten die minder snel afhaken. Je kunt bij ons om het even welke achtergrond hebben. Wij hebben kantoorverantwoordelijken die rechten gestudeerd hebben, maar er zijn er ook die hun school niet afgemaakt hebben. En die laatste groep is niet noodzakelijk minder succesvol.”

Hoe zetten jullie de doorgroeimogelijkheden om in de praktijk?
Anouk Lagae: “We investeren tweehonderd uur opleiding per jaar per persoon, dat zijn vijfentwintig volle dagen. Ik ken tot op heden geen enkel bedrijf in België dat hetzelfde doet. We hebben een Accent Business School met twintig fulltime medewerkers die opleidingen geven. Voor specifieke opleidingen werken we bijvoorbeeld samen met Antwerp Management School of Vlerick Business School. We kijken breed om in onze medewerkers te investeren. En daar krijgen we veel van terug. Medewerkers zien al die gepromoveerde collega’s en geloven dat dit ook voor hen weggelegd is. Elk jaar promoveert een vierde van onze medewerkers. Wij geven zelf het voorbeeld dat je alles kan worden zolang je openstaat om te leren. We doen dit om onze medewerkers letterlijk alle kansen te geven om van het ene departement naar het andere te evolueren en hun grootste droom te helpen waarmaken.”

Kader: Wat doet Accent?
Accent, opgericht in 1995, is een talentplacementbedrijf met een netwerk van meer da, 300 kantoren en 1.437 eigen medewerkers in België. Het bedrijf stelt dagelijks meer dan 25.000 mensen tewerk en maakt deel uit van House of HR, een internationale holding bestaande uit tal van gespecialiseerde bedrijven actief binnen human resources.

‘Nooit gedacht dat ik mensen zoals mezelf kansen zou geven’