Privacyverklaring

Helft kmo-werknemers heeft na het werk nog weinig energie voor beweging

13 december 2022
Tekst
Jo Cobbaut
Beeld
Foto door Marcus Aurelius - pexels

Ruim acht op de tien werknemers in Belgische kmo’s heeft last van fysieke en mentale ongemakken. Amper de helft van de kmo-werknemers heeft buiten de werkuren nog energie voor fysieke activiteiten.

Dat blijkt uit een enquête van Mensura, externe dienst voor preventie en bescherming op het werk, bij 1.200 zaakvoerders en hr-verantwoordelijken van kmo's.

Maar liefst 84 procent van de ondervraagde werknemers ervaart regelmatig last van één of meerdere fysieke en mentale ongemakken. Daarbij gaat het vooral over

  • nek- en schouderklachten (47 procent),
  • aanhoudende vermoeidheid (42 procent);
  • moeite om in te slapen (35 procent);
  • nervositeit en concentratieproblemen.

Amper helft werknemers beweegt regelmatig na de uren

Amper de helft van alle werknemers zegt buiten de werkuren regelmatig fysieke activiteiten te doen. Dat kan gaan van sporten tot rustig wandelen, fietsen of zelfs tuinieren. Een ruime groep vindt daar maar af en toe de energie of de tijd voor (41 procent), een kleinere groep beweegt nooit.

Dorien Simons, expert vitaliteit bij Mensura: “Fysieke activiteit hebben we bewust breed gedefinieerd. Voldoende bewegen heeft veel voordelen voor onze gezondheid, zoals minder spier -en gewrichtsklachten, en een betere bloeddruk en cholesterol. Daarnaast helpt het beter om te gaan met stress en bevordert het een kwalitatieve nachtrust. Ideaal is het om buiten actief te zijn, aangezien zowel beweging als daglicht een boost geven aan je slaapkwaliteit. Belangrijk daarbij is dat bewegen in de vrije tijd ook belangrijk is voor mensen die een fysieke job uitoefenen."

60% van kmo’s zet in op beweging

Het goede nieuws is dat steeds meer kmo’s beseffen dat vitale werknemers ook gemotiveerder en productiever zijn. Zo zegt 60 procent van de werknemers dat hun werkgever al initiatieven neemt om het welzijn te bevorderen en een gezonde(re) levensstijl te adopteren.

Van de bedrijven waar dat al gebeurt, zet 59 procent in op fysieke activiteit. De fietsvergoeding (63 procent) en collectieve sportieve uitdagingen (45 procent) zijn het populairst om werknemers aan het bewegen te krijgen.

“De vraag is of dergelijke initiatieven ook de groep werknemers bereiken die er het meest nood aan hebben. Te vaak bereiken goedbedoelde sportieve activiteiten hoofdzakelijk de sportievelingen, die sowieso al voldoende beweging kregen. Werkgevers gaan best eerst na wat de verwachtingen en interesses zijn en organiseren fysieke activiteiten liefst breed en laagdrempelig.

Ook kan er onbewust een duwtje in de rug gegevenworden, door het kantoorleven te ‘nudgen’ richting meer fysieke activiteit. Kleine subtiele aanpassingen op de werkvloer kunnen mooie resultaten opleveren. Denk aan een aangename traphal, een minder zichtbare lift, of het promoten van bedrijfsfietsen als eerste keuze bij interne verplaatsingen”, zegt Dorien Simons."Het blijft hoe dan ook een uitstekende zaak dat een meerderheid van de kmo’s beweging stimuleert en er zelfs tijdens de werkuren ruimte voor maakt."