Privacyverklaring

Te weinig dagen opleiding

23 november 2023
Tekst
Jo Cobbaut
Beeld
Inneke Gebruers / Bright Plus

Een jaar na de invoering van het verplichte opleidingsplan voor werkgevers met minstens twintig werknemers blijkt dat de Belgische bediende gemiddeld 3,4 dagen opleiding geniet. Dat is een stuk lager dan de huidige verplichting van vier dagen per voltijdsequivalent, maar blijft ook ver verwijderd van de opgelegde doelstelling van vijf voorziene opleidingsdagen in 2024.

Dat blijkt uit een analyse van hr-partner Bright Plus voor de periode juni 2022 – juni 2023, samen met Ivox en motivatie-expert dr. Hermina van Coillie.

De arbeidsdeal

Het pakket overheidsmaatregelen dat we de arbeidsdeal noemen (Staatsblad van 10 november 2022) heeft ook het individueel opleidingsrecht voor werknemers als belangrijk speerpunt.

Vroeger gold een collectief opleidingsrecht. Vandaag moeten bedrijven vanaf twintig werknemers een opleidingsplan opstellen met een minimum hoeveelheid opleidingstijd per werknemer. Het ging om vier dagen in 2023 en vijf dagen vanaf 2024 per voltijdsequivalent (vte).

Ook ligt er een voorstel om dit nauw op te volgen, waarbij werkgevers binnenkort alle opleidingsdagen moeten registreren. Werkgevers die niet aan de eisen voldoen, komen op een publieke lijst terecht.

Gemiddeld volgen de Belgische bedienden nog maar 27,2 opleidingsuren, of 3,4 dagen per jaar.

Geen enkele generatie klaar voor volgend jaar

De analyse van Bright Plus toont verschillen per generatie. Gemiddeld genieten bedienden van

  • gen Z (geboren na 1995) gemiddeld 4,8 opleidingsdagen per jaar;
  • gen Y (millennials, 1981-1995) gemiddeld 3,7 dagen;
  • generatie X (1965-1980) 3 dagen​
  • babyboomers (geboren voor 1965) 2,1 dagen.

Gen Z geniet vooral meer dagen doordat ze meer onboardingsopleidingen of basisopleidingen krijgen.

Geen enkele generatie volgt voldoende opleidingen om de verplichte ondergrens van vijf opleidingsdagen vanaf januari volgend jaar te halen.

Een op de drie Belgische bedienden volgt zelfs geen enkele opleiding. Bij de babyboomgeneratie loopt dit op tot meer dan de helft (51,6%).

Kloof tussen intentie en realiteit

Nochtans vragen bedienden naar meer opleidingen - gemiddeld 61,6 uur of 7,7 dagen per jaar.

Bedienden geven als verklaring gebrek aan tijd of een opleidingsaanbod dat niet voldoende duidelijk of relevant is.

Daarnaast geeft 11,6% aan totaal geen opleiding te willen volgen. Babyboomers tonen een significant hogere weerstand: 28,2% wil geen opleidingen volgen.

Linda Cappelle, general manager van Bright Plus, vindt dat een opleidingsaanbod nog nauwer moet aansluiten bij de specifieke behoeften en ambities van hun medewerkers, alsook de langetermijndoelstellingen van de organisatie.

Ze bedenkt ook dat een opleiding pas zal aanslaan als ze zinvol of boeiend is en als er voldoende tijd voor wordt gemaakt. “Opleidingen komen vaak bovenop het dagelijkse werk. Ze worden ook nog te vaak gezien als een fysiek lesmoment van een volledige dag. Maar je kunt hier creatief mee omgaan. Ook kortere e-learnings, webinars of snelle interne leermomenten vallen onder de noemer van opleidingen en dragen positief bij tot de ontplooiing van medewerkers."

Teams

Uit het onderzoek blijkt ook dat de grootte van teams een impact heeft. Hoe groter het team waarin de bediende werkt, hoe meer opleidingsdagen hij of zij gemiddeld volgt. Een verklaring daarvoor zou kunnen zijn dat het werk makkelijker herverdeeld of opgevangen kan worden door collega’s tijdens opleidingsdagen. Misschien is er ook sprake van een positief opleidingsklimaat, waarbij collega’s elkaar motiveren om opleidingen te volgen.

Gepersonaliseerd beleid

Een doordacht en gepersonaliseerd opleidingsbeleid vormt de sleutel tot het effectief stimuleren van medewerkers om opleidingen te volgen, zodat het niet als een verplichting wordt gezien. Dat is blijkbaar het geval voor 11.1% van de babyboomers. Bij Gen Z is dat bijvoorbeeld amper 1,9%.

De positieve motivatie lijkt ook groter bij de jongere medewerkers: zes op de tien Gen-Z’ers (58,3%) vindt het zinvol om een opleiding te volgen om bij te blijven met nieuwe skills. Bij de babyboomers ligt dat een stuk lager met 45%. Logischerwijs geven Gen Z’ers ook significant vaker aan een opleiding te volgen om te kunnen groeien in hun rol (55,3%) terwijl dat bij babyboomers, vaak met het einde van hun loopbaan in zicht, meer dan de helft lager ligt met 19,2%.

Leercultuur

Opleidingen komen vaak ‘bovenop’ het dagelijkse werk. Hiervoor in voldoende tijd voorzien, kan een oplossing zijn. Zet vervolgens in op de zinvolheid van opleidingen en geef de relevantie ervan mee voor hun dagelijkse werk.

Dr. Hermina Van Coillie, motivatie-expert, benadrukt hoe belangrijk het is om te begrijpen wat de visie is van medewerkers op hun job en op hun professionele toekomst. “Logischerwijs zijn daar verschillen in, afhankelijk van de anciënniteit en leeftijd van medewerkers. Door in te zetten op een beleid dat medewerkers niet alleen ondersteunt in hun professionele groei, maar ook hun autonomie respecteert, creëren werkgevers een omgeving waarin leren en ontwikkelen niet alleen een verplichting is, maar ook een waardevolle bron van motivatie en voldoening. Het gaat verder dan alleen maar het aanbieden van opleidingen. Het gaat om het vormgeven van een cultuur waarin leren synoniem staat voor groei en vooruitgang, op professioneel en persoonlijk vlak.”