"Hr zou in opstand moeten komen tegen de denkfout van fiscaalvriendelijke alternatieve beloningen. Wie zich bezighoudt met hr, heeft belangrijkere en urgente dingen te doen”, aldus vooraanstaand econoom Étienne de Callataÿ tijdens de uitreiking van de Persona-prijs van VDP Brubra, de vereniging van hr-professionals in Brabant-Brussel. Hij haalt een hele reeks vooroordelen onderuit en wijst op ieders verantwoordelijkheid in het disfunctioneren van de arbeidsmarkt.
Waarom zijn de productiviteitswinsten in onze economieën relatief laag, ondanks de beloften van nieuwe technologieën?
"Een eerste verklaring ligt in het groeiende aantal mensen op de arbeidsmarkt dat werkt aan lagere lonen met een lagere productiviteit, zoals de huishoudhulp met dienstencheques”, zegt Étienne de Callataÿ. "Ook de technologie zelf kan een verklaring zijn. Er is een overvloed aan e-mails, informatie en notificaties die mensen ontvangen en moeten lezen. Economen zijn aanhangers van creatieve destructie en juichen faillissementen toe – uiteraard met alle medeleven dat nodig is voor degenen die er het slachtoffer van zijn. Er moet namelijk een herverdeling van middelen zijn en dat proces is minder optimaal wanneer de minst productieve bedrijven overleven."
Zal artificiële intelligentie de langverwachte gamechanger zijn op de arbeidsmarkt?
"Misschien wel, misschien niet," zegt Étienne de Callataÿ, waarbij hij verwijst naar de meting van de gevolgen van telewerken. "Een onderzoek van het National Bureau of Economic Research in de Verenigde Staten heeft een productiviteitswinst van vijf procent in de postcovideconomie aangetoond als gevolg van de optimalisering van de werkmethoden. Andere studies hebben daarentegen aangetoond dat het niet zo duidelijk is dat telewerken positief is voor de productiviteit. Waarom? Het vermindert de samenwerking, het onderlinge leren en de wederzijdse feedback. En het blijkt minder stimulerend te zijn voor hoge presteerders. Kortom, ook hier weten we het niet zeker. Maar dat betekent niet dat we het niet moeten proberen te begrijpen."
Als de arbeidsmarkt niet goed functioneert, wiens schuld is dat dan?
"Altijd die van anderen", spot Étienne de Callataÿ. "Maar misschien ook een beetje de jouwe. Je doet er altijd goed aan eerst voor je eigen deur te vegen. Probeer de hefbomen te identificeren om dingen te veranderen." Zo aarzelt hij niet om bepaalde behoudsgezinde opvattingen van werkgevers aan de kaak te stellen over een reeks kwesties. Is het bijvoorbeeld logisch om eerder met pensioen te gaan als je een zwaar beroep uitoefent?
"Mijn antwoord is aarzelend. Het vereist dat je weet wat een zwaar beroep inhoudt. En dat werkgevers bereid zijn om de zwaarte van het werk te meten. We zien dat ze dat weigeren omdat het te moeilijk zou zijn en er kosten mee gemoeid zouden zijn. Het gevolg? De mate van werkbelasting is niet aan de orde in de privésector. De publieke sector doet dat wel, maar niet op een fijnmazige manier. Bijvoorbeeld: leerkrachten staan op de lijst van zware beroepen. Maar Latijn doceren in Kortrijk of Bastenaken tegenover wiskunde geven in een moeilijke wijk in Brussel is niet helemaal hetzelfde.
Ik ben voorstander van een echte meting van de zwaarte van jobs. Een bouwvakker die sinds zijn zestiende in de bouw werkt, verdient het om eerder met pensioen te gaan dan ik. Maar zoom in op de functie: er is een verschil tussen kruiwagens dragen op een werf en boekhouden in een bouwbedrijf. Met behulp van data en technologie moeten we in staat om de zwaarte van het werk nauwkeurig in kaart te brengen.”
Is het logisch om lagere sociale bijdragen te hebben voor nachtwerk dan voor dagwerk?
"Neen. Als er iets is dat slecht en gevaarlijk is voor de gezondheid, dan is het nachtwerk en ploegenarbeid. De werkgevers zijn niet geneigd om het aandeel van nachtwerk in de arbeidsmarkt te verminderen. De concurrentie speelt mee. Gevolg: de maatschappij betaalt de prijs. Want veel mensen raken arbeidsongeschikt als gevolg van dit soort arbeid.”
Of er dan een taxshift moet komen om de sociale bijdragen te verlagen? "Dat is vanzelfsprekend. Het is niet slim om arbeid als gek te belasten in dit land, terwijl we handel drijven met de rest van de wereld. Het VBO aarzelt om een grote fiscale hervorming in te voeren. Dat betreur ik. Wie werkt in human resources management, moet nu helaas bezig zijn met alternatieve beloningsvormen die fiscaalvriendelijker zijn zoals bedrijfswagenbeheer, maaltijdcheques en koopkrachtpremie. Dat zou niet hoeven. Er zijn voor hr urgentere en belangrijkere werven om aan te pakken.”
Om het volledige artikel te lezen, waarin ook onderwerpen als productiviteit en automatische salarisindexering aan bod komen, bekijk het magazine Htag van de maanden januari en februari 2024. Htag is de Franstalige partner van HRmagazine. Contacteer Murielle Cosyns voor een proefexemplaar.
Verdoe jij ook te veel tijd met het opvolgen van alle nieuwtjes in je feed? No worries, wij verzamelen alles wat nieuw is in de hr-wereld. Al die nieuwtjes komen wekelijks in jouw mailbox terecht.