Privacyverklaring

Kantoorhond heeft effect op welzijn en productiviteit

19 februari 2024
Tekst
Gert Verlinden
Beeld
Joni Delanoeije

Joni Delanoeije van KU Leuven doet empirisch onderzoek naar de effecten van dieren op de werkplek op het welzijn van werknemers. Dat kan je huisdier zijn op de thuiswerkplek, maar ook een kantoorhond. Klinkt dat aantrekkelijk? “Het loopt niet altijd van een leien dakje. Creëer een kader en vul de randvoorwaarden in alvorens je start.”

De eerste studies over de effecten van een dier op de werkplek dateren van 2012. Mondjesmaat staan meer organisaties een dier op het werk toe. Dat levert recenter academisch onderzoek op. De effecten op welzijn zijn onmiskenbaar positief. Medewerkers die hun eigen hond meebrengen naar kantoor, zijn in mindere mate onderhevig aan stressoren tijdens de werkdag. Collega’s met een huisdier die dat niet mogen meebrengen, ervaren daarentegen meer impact door stress. Een derde groep, medewerkers die geen huisdier hebben, had een positieve noch negatieve impact.

Kantoorhond als stoorzender

Ook recentere studies tonen dat eigenaars die hun hond meebrengen naar kantoor een gunstige invloed op hun emoties op het werk ervaren. In het algemeen ervaren medewerkers hun collega’s als meer sociaal en collegiaal. Ze zijn vriendelijker voor elkaar en voelen de werkplek als aangenamer aan. De verklarende factor? Dat zijn mogelijk de positief opgewekte emoties als gevolg van het dier. Een vriendelijke hond onder de juiste omstandigheden binnenbrengen is een trigger voor een betere werksfeer op kantoor.

De werkplek krijgt een aangenamer karakter en het psychosociaal welbevinden neemt toe. Maar wat met de prestaties en productiviteit wanneer een sympathieke hond kwispelend op de werkvloer wandelt? “Medewerkers nemen regelmatiger een pauze en hebben meer lichaamsbeweging. Door een hoger welbevinden zijn ze in staat om op een duurzame manier goed werk te leveren. Al bestaat het risico dat sommige collega’s het dier als een stoorzender aanvoelen. Een kantoorhond introduceren, vraagt daarom veel doordachtheid”, aldus Joni Delanoeije.

Effect op prestaties

Werkgevers die willen starten met een of meerdere kantoorhonden, moeten dus de tijd nemen en de nodige energie investeren om het concept te implementeren. Joni Delanoeije: “Wanneer je in eerste instantie focust op de effecten inzake welzijn en duurzame inzetbaarheid, dan volgt veelal de positieve impact op prestatie.” Op korte termijn snoept de verschijning van de kantoorhond vermoedelijk wat werktijd weg, maar daarna zou de prestatiecurve niet langer neerwaarts hoeven te evolueren.

Of er ook negatieve effecten zijn? “Het dier kan zich mogelijk angstig gedragen. Collega’s voelen zich er potentieel oncomfortabel bij. Vandaar het grote belang van de juiste randvoorwaarden die absoluut aanwezig moeten zijn”, benadrukt ze. (hierover meer in deze post).

Morele verantwoordelijkheid

Joni Delanoeije wijst op het belang van een aanwezig draagvlak voor de inbreng van een kantoorhond. Er moet een overeenkomst zijn met de bedrijfswaarden en activiteiten van de organisatie. In een voedingsbedrijf is het bijvoorbeeld omwille van wettelijke en gezondheidsredenen niet toegestaan dat er een dier op bepaalde plekken van de bedrijfssite aanwezig is. Ze raadt organisaties die overwegen met een kantoorhond te starten, zich te informeren en te laten begeleiden door personen met expertise in de omgang met dieren. “Voor mens en dier is dat een ethische verplichting. Je draagt een morele verantwoordelijkheid.”

De effecten op korte termijn zijn helder, maar wat zien organisaties en medewerkers op middellange termijn? Daar zijn de studies nog te jong voor. “Het speciale karakter van de introductie van de kantoorhond, de wittebroodsweken, zwakt wat af. Niettegenstaande blijven dieren de interactie met anderen faciliteren, ze creëren spontaniteit. Dieren bevinden zich ook te allen tijde in het moment zelf. Daardoor herstellen collega’s sneller en nemen ze kwalitatievere pauzemomenten. De hond maakt het makkelijker om een gesprek aan te gaan. Het is een opstap naar communicatie over andere onderwerpen.”

Kantoorhond humaniseert de werkplek

Moeten hr-managers zich überhaupt met de introductie van een kantoorhond op de werkvloer bezighouden? Joni Delanoeije erkent dat het een verantwoordelijkheid met zich meebrengt die verder gaat dan de competenties van de hr-afdeling. Het management is betrokken, naast onder andere de facilitaire diensten. Er is een kruising tussen de verschillende afdelingen. Dat maakt het thema allicht net extra bespreekbaar. Maar omdat een dier op de arbeidsplaats processen tussen mensen bevordert, ligt het onderwerp wel in het mandje van de hr afdeling. “Je kunt het kaderen binnen het welzijnsverhaal, maar ook koppelen aan werkorganisatie en -design, en de strategie en cultuur van de onderneming.”

Maar hoe beïnvloedt een kantoorhond de beeldvorming van de interne klanten over de hr-afdeling? Zijn we bij hr wel met de juiste dingen bezig? Joni Delanoeije adviseert om voldoende gewicht te geven aan het verhaal. De studies naar interacties tussen dier en mens in groepsverband leveren sterke effecten op. En hr helpt bij het humaniseren van de werkplek. “Bigtechbedrijven beseffen dat al langer en staan al geruime tijd kantoorhonden toe. Het is aan hr om het zaadje te planten en te ageren zodra het idee levensvatbaar is. Ook een veranderende arbeidsmarkt, met jongeren die anders kijken naar de waarde van huisdieren, maakt de werkplek mogelijk inclusiever – ook voor dieren.”

Dit is het eerste deel van een uitgebreid gesprek met Joni Delanoeije.

Morgen leest u deel 2, waarin Joni Delanoeije het heeft over:

  1. Wat is de ideale kantoorhond
  2. Hoe groot is de invloed van een huisdier op de mensen die thuis werken
  3. Drie cruciale randvoorwoorden voor wie wil starten met een kantoorhond.