Privacyverklaring

Het kleiner geheel: Leiderschap om mijn peuter te doen eten

24 mei 2023
Tekst
Ralf Caers
Beeld
Ralf Caers (Foto: Katoo Peeters)

In ‘Het Kleiner Geheel’ fileert Ralf Caers de actualiteit en zoekt hij uit wat we van het wereldtoneel moeten onthouden om ons eigen leven en werk beter te maken. Deze week: Peuter moet eten.

Het is pittig thuis in Gaasbeek. Mijn dochtertje Nomi is uiteraard de leukste peuter van deze wereld, maar ze zit ook helemaal in haar ‘ik ben twee en zeg nee’-fase. Dat bezorgt haar een unieke tegendraadsheid waarbij ze iets graag wil en het dan vooral niet meer wil wanneer ze het krijgt. Nu ben ik wel voor wat animo in het leven, maar ik heb ook gemerkt dat ik een zwakke plek heb: eten. Omdat een hangry peuter sowieso wat stuurlozer is (hoe zijn we zelf?), maar ook omdat ik het zo belangrijk vind dat ze gezond blijft. Op een ochtend zocht ik steun in de wondere wereld van hr.

De gemakkelijkheidsoplossing was natuurlijk om te teren op mijn legitieme macht. Het is de macht die leidinggevenden krijgen omdat ze hoger staan in de hiërarchie en daarmee het recht verwerven om de doelen te stellen. Plichtsgetrouwe werknemers respecteren die legitieme macht en voeren de instructies van de leidinggevende uit. Als Nomi vraagt waarom ze moet eten (nog zo’n fase), repliceer ik met: “omdat jouw papa dat vraagt”. Dat had weinig succes.

Dan maar snel expertmacht proberen. Sommige leidinggevenden worden gevolgd door hun werknemers omdat ze gewoon beter weten wat er moet gebeuren. Dat kan bijvoorbeeld door een uniek talent van de leidinggevende zijn of door jarenlange ervaring. Als iemand met zoveel meer kennis en ervaring zegt dat het zo moet, waarom zouden we daaraan dan twijfelen? Ik maak Nomi er attent op dat er veel vitaminen en vezels in het eten zitten en dat het goed zal zijn voor haar buikje en nieren. Haar mond valt open, maar niet om te eten.

Goed, referentiemacht dan maar. Dat verwijst naar charismatische of transformationele leiders die werknemers meetrekken in hun doelen door hen te inspireren, door zelfvertrouwen uit te stralen en zelfvertrouwen in de anderen op te wekken. Ze zijn rolmodellen en zetten mensen aan om doelen na te streven, gewoon omdat dat het juiste ding is om te doen. Maar mijn superheldgehalte verschraalt zodra we aan tafel aanschuiven en het eten blijft staan.

Daarmee zijn de beste leiderschapsstijlen uitgeput en val ik terug op beloningsmacht. Leidinggevenden hebben nu eenmaal het voorrecht om te bepalen aan welke doelen de bonussen worden gehecht. Zo ontstaat transactioneel leiderschap, waarbij de werknemer iets voor de leidinggevende doet om daar iets voor terug te krijgen. Dat klinkt misschien triestig, maar het is wel een veel gebruikte leiderschapsstijl. Nomi mag naar de speeltuin als ze haar bordje leeg eet, maar daar heeft ze geen zin in (weet je nog: ik ben twee en zeg nee).

Bestraffingsmacht laat ik links liggen. Hoewel ik haar misschien kan doen eten door te zeggen dat ik anders haar knuffel zal afpakken, komt deze vorm van macht met succes op korte termijn, maar ook met negatieve effecten op langere termijn. Ik hoop oprecht dat Nomi me nooit zal zien als de vader waar ze bang voor moet zijn.

Met wat aarzelling doe ik een beroep op bondgenoten. “Bing vindt dat eten ook heel lekker”. (Mocht je geen kleine kinderen hebben: Bing is een zwart konijn met een rode salopette). Nomi vindt Bing geweldig, maar wat hij lekker vindt, kan haar gestolen worden.

“Eet maar op je eigen tempo”, zeg ik haar, “en kies jij maar met welke groentjes je begint”. Het is dan dat ze haar vork opneemt en begint te eten. Omdat ze nu nadrukkelijk de autonome keuze ziet, eerder dan externe druk van haar (hr-)vader. Dankjewel zelfdeterminatietheorie. Toch al voor deze keer.

Ralf Caers is professor HRM aan de KU Leuven, gastprofessor HRM aan de Ehsal Management School en de Université Saint Louis en zaakvoerder van de coachingpraktijk Passiemento.