Privacyverklaring

Het kleiner geheel. Carrefour, waar hoge lonen een probleem zijn

4 mei 2023
Tekst
Ralf Caers

In ‘Het Kleiner Geheel’ fileert Ralf Caers de actualiteit en zoekt hij uit wat we van het wereldtoneel moeten onthouden om ons eigen leven en werk beter te maken. Deze week: Carrefour.

Voor sensatie moet je tegenwoordig bij de supermarkten zijn. Na de perikelen bij Delhaize vindt nu ook de ceo van Carrefour het problematisch dat hij de hoogste lonen van alle ketens betaalt.

Nochtans ontwikkelde zich in de jaren ‘80 de zogenaamde efficiency wage theory, die hr adviseerde om veel meer te betalen dan de concurrentie. Daardoor zouden alle werkzoekenden eerst bij jou solliciteren, kon je uit de beste talenten kiezen en daarmee de concurrentie uit de markt duwen. Bovendien zou je personeel nooit buiten de lijntjes kleuren omdat de kost van ontslag te groot is.

Later ontdekte men dat die theorie nogal wat nuances heeft. Allereerst zal het bedrijf goede selectie-instrumenten moeten gebruiken, omdat iedereen solliciteert en dus ook werknemers die zo’n hoog loon onwaardig zijn.

Ten tweede trek je niet alleen kandidaten aan die achter je producten en waarden staan, maar ook sollicitanten met een uitsluitend extrinsieke motivatie. Dat garandeert geen affectieve betrokkenheid met het bedrijf. Deze werknemers vissen mogelijk uit hoe hard ze precies moeten werken, om ook de volgende maand te mogen blijven, waardoor de hoge lonen alleen leiden tot een minimale inzet. Want zodra je zeker bent dat je ook volgende maand mag blijven, vervalt mogelijk de extrinsieke motivatie om nog meer je best te doen.

Tot slot zou er een positieve inkomensspiraal ontstaan, doordat de concurrende bedrijven deze strategie kopiëren om marktaandeel terug te pakken.

Het fijne aan de efficiency wage theory is dat ze er impliciet van uitgaat dat het personeel een competitief voordeel is. Als één bedrijf de beste werknemers aantrekt met hoge lonen, doen ze dat enorm goed en reageren andere bedrijven daarop om die medewerkers naar hen te halen met nog betere lonen. In de supermarkten lijkt dat geloof zoek. Als de ene keten marktaandeel wint en winstgevender wordt, lijkt het antwoord van de andere ketens dat ze moeten snoeien in de kosten, met inbegrip van de lonen. Hr zal dat competitieve voordeel moeten heruitvinden en becijferen om die neerwaartse trend te stoppen.

En misschien mag loon ook weer een prominentere plaats krijgen in de employer brand en het beloningspakket. In lijn met de kritiek op de efficiency wage theory hoor ik nog vaak dat loon niet motiveert en dat bonussen hoogstens richting geven aan welke taken best meer of minder aandacht krijgen.

Anderzijds zien we ook hoe medewerkers zich soms erg bewust zijn van hoe billijk of gul hun werkgever omgaat met hun loon en hoe dat loon hun hele levensstandaard onderhoudt. Die erkenning en waardering kan de betrokkenheid met het bedrijf onderbouwen en aanzetten om in het voordeel van het bedrijf te handelen, ook al krijg je daar misschien niet meteen iets extra voor in ruil. Zeker in een markt die een neerwaartse trend vertoont, kan het een verschil maken wanneer je duidelijk maakt dat je anders denkt over verloning dan de concurrentie en hoe de werknemer er mee voor kan zorgen dat het ook rendabel blijft.

Vanuit die invalshoek is de uitspraak van de ceo van Carrefour wél een cadeau geweest. Voor de hr-departementen van alle andere supermarktketens dan toch.

Ralf Caers is professor HRM aan de KU Leuven, gastprofessor HRM aan de Ehsal Management School en de Université Saint Louis en zaakvoerder van de coachingpraktijk Passiemento.